Kippasteitjes, Surinaams |
|
|
1 ei 225 g kipfilet 1 ui 1 tomaat 50 g taugeh 30 g boter 1 kipbouillonblokje 2 theelepels sambal badjak 1 takje peterselie 165 g doperwtjes/worteltjes uit blik 1 lepel kappertjes zout peper 450 g bladerdeeg |
|
BereidingKook het ei in 10 minuten hard, laat schrikken en pel. Snij de kip in blokjes. Snipper het ui. Snij de tomaat in blokjes.Smelt de boter in de koekenpan. Doe er ½ dl water bij en breng aan de kook. Verbrokkel het bouillonblokje erboven. Voeg de kip toe en laat 7 minuten zachtjes garen. Sambal, ui en tomaat toevoegen en 3-5 minuten zachtjes meewarmen. Snij het ei in stukjes en knip de peterselie fijn. Doe met de taugeh, kappertjes en erwten/worteltjes bij de kip. Warm kort door. Op smaak brengen met zout en peper. Laat uitlekken in een zeef en 15 minuten afkoelen. Spreid het bladerdeeg uit, verwarm de oven voor op 200°. Bekleed de bakplaat met bakpapier. Bestuif het bladerdeeg licht aan één kant en leg met de bebloemde zijde op de bakplaat. Bevochtig met een kwastje de bovenkant met water. Schep in het midden 1½ lepel vulling en vouw diagonaal dicht. Rond met een scherp mesje de randen af zodat halve maantjes ontstaan en druk met een vork de rand goed dicht. Bestrijk de pasteitjes met water en zet ca.20 minuten in de oven. NotitiesLekker met pikante chilisaus |
|
Home > Recepten