Home > Recepten

Patja/Kokori/Npopo

Patja, ook wel kokori of npopo genoemd, is een soep die met name bekend is bij de Surinaamse bosnegerbevolking. Onder de andere Surinamers is de soep nagenoeg onbekend en het recept ontbreekt dan ook in ieder Surinaams kookboek. Volkomen ten onrechte!

De basis van patja is een stevige bouillon, gemaakt van vlees of vis. Rundvlees is erg lekker en als vis zijn red snapper, tilapia, anyumara, jarabaka, kubi, krobia en kwikwi erg geschikt. Wie niet de beschikking heeft over deze tropische vissoorten, kan het ook met andere vis proberen! Houd er dan wel rekening mee, dat zilte of zoutachtig smakende zeevissen ongeschikt zijn.

Patja is tenslotte ook erg lekker met droge vis. Alle soorten waran fisi en drey fisi zijn geschikt.

De bouillon kan desgewenst met een bouillonblokje en/of wat zout op smaak worden gebracht. Kruiden horen er niet in thuis! Een half uitje kan wel.

Een ander belangrijk ingrediënt is geraspte cassave. In Suriname gebruikt men daar de bittere cassave voor. De cassave wordt eerst geschild en daarna gewassen. Daarna moet hij tot een witte brij worden geraspt. Die brij wordt in een speciale langwerpige mand, de matapi, gedaan, die zo is geconstrueerd dat, als je aan de onderkant trekt, de inhoud wordt samengeknepen. Het vocht, dat bij bittere cassave giftig is, verdwijnt zo uit de cassave *) en er blijft een stevige substantie over.

Buiten Suriname zijn bittere cassave en een matapi meestal niet voorhanden.

>>>>>
  • Omschrijving recept: Soepen; Surinaams
  • Bron: Astrid Veltman

Bereiding

>>>>>

Zoete cassave, vers of geraspt en diepgevroren, is een goed bruikbare vervanger, al is de smaak een beetje anders. Wie geen matapi heeft, kan ook een stevige schone doek en veel kracht gebruiken om de cassave uit te knijpen. Na vijf keer kunt u uw theedoek gegarandeerd weggooien! Desgewenst kunt u de centrifuge gebruiken om de cassave te drogen. Verdeel voor het evenwicht in de centrifugetrommel de cassave gelijkelijk over twee schone theedoeken en draaien maar. Zo droog krijgt u het niet met knijpen! Vergeet niet de trommel vooraf en achteraf goed schoon te maken!

Als u de gemalen cassave op één van de beschreven manieren heeft droog gemaakt, moeten de grove stukken er nog worden uitgezeefd of verder worden vermalen.

Kneed van wat nu overblijft, dikke, stevige ballen. Voeg, als de cassave iets te droog is, wat water toe. Het moet net zoveel vocht bevatten, dat het gemakkelijk breekt (anders is het te nat), maar dat er bij het breken niet een gedeelte afbrokkelt en valt (dan is het te droog); dit is een kwestie van uitproberen.

Breek van de ballen cassave kleine klontjes van ± 1/2 cm.

Haal, als dat klaar is, de vis of het vlees even uit de bouillon, zet het vuur hoog en voeg de cassaveblokjes toe. Voorzichtig! Niet alles ineens, want dan koelt de soep te snel af. Ga ook niet direct doorroeren, want dan vallen de klontjes uit elkaar en krijgt u een soort glazige brij, die veel weg heeft van behangerslijm. Ga dus met beleid te werk.

Laat de soep, als alle klontjes zijn toegevoegd, nog enkele minuten zachtjes doorkoken.

Na 2-3 minuten kunt u haar voorzichtig doorroeren en eventueel grote klonten en alsnog aan elkaar geklitte cassavebrokjes uit elkaar halen.

Doe er nu ook een - liefst zo heet mogelijk - pepertje bij, bij voorkeur een adyuma, cayennepeper of madame Jeanette-peper, maar als er niets anders beschikbaar is, doen Spaanse pepertjes het ook.

Dien de soep op met voor ieder een stukje peper, dat ze naar smaak kunnen uitknijpen.

Serveer de soep zo heet, dat u haar nog net kunt eten! Desgewenst kunt u er een scheutje azijn aan toevoegen.

*) Gooi het giftige vocht niet weg. Het blauwzuurhoudende vocht is zeer geschikt als bestrijdingsmiddel tegen de luizen op uw planten. U kunt het ook in een grote pan doen en inkoken tot een dikke stroperige vloeistof, kasripo genaamd. Het blauwzuur is er dan wel uit verdwenen en dus is het niet meer giftig. Bij gebrek aan ketjap voor de rijstkip is dit een heerlijke vervanger!